In november 2017 hield de BvK een enquête onder de leden over het herkennen van de doelgroep voor het Doelgroepregister en de problemen die uitvoerende professionals kunnen tegenkomen in de praktijk. De 55 reacties geven een globaal beeld van hoe BvK-leden aankijken tegen dit onderwerp. Wat zijn de resultaten en hoe gaat de BvK verder?
Wat voorafging aan de enquête
De BvK ontving signalen dat het voor gemeenten lastig is om de doelgroep voor het Doelgroepregister te herkennen en effectief gebruik te maken van de zogeheten Aanvraag beoordeling arbeidsvermogen. Dit terwijl deze aanvraag een zeer belangrijke hobbel is voor iemand met een arbeidsbeperking die niet in staat is het wettelijk minimumloon te verdienen.
Heeft iemand na het invullen van de Aanvraag beoordeling arbeidsvermogen recht op een Indicatie doelgroepregister, dan volgt opname in het Landelijk Doelgroepregister (LDR). En wie in het LDR staat, heeft meer kans op werk. Deze indicatie is voor werkgevers van groot belang om iemand met verminderde loonwaarde in dienst te nemen, zonder al te veel risico. Met andere woorden:
het is van wezenlijk belang dat de aanvraag goed verloopt. Om inzicht te krijgen in de praktijk is in november 2017 besloten tot het houden van een enquête onder de BvK-leden.
Moeite met herkennen
Het blijkt dat ongeveer een derde van de respondenten moeite heeft om kandidaten uit de doelgroep te herkennen, waarbij blijkt dat het ingewikkelder is om kandidaten bij de intake te herkennen dan uit het bestand. Er worden hiervoor verschillende redenen aangegeven:
- Meerwaarde van de indicatie en het onderscheid met nieuw beschut werk en dagbesteding zijn niet altijd bekend zijn.
- De criteria tot toelating in het Landelijk Doelgroepregister zijn niet helder of ze worden althans niet altijd consequent gehanteerd tijdens de beoordeling van de indicatie.
- Opvallend is ook dat de respondenten aangeven vooral veel moeite te hebben met het op een juiste wijze vastleggen van de benodigde data om te komen tot een juist oordeel.
Obstakels
De obstakels zijn meervoudig en hebben zowel betrekking op:
- de wijze van organiseren, het proces als ook
- inhoudelijke kennis van de beoordelingscriteria en de wijze van aansluiten bij (de denkwijze van) het UWV
Geen moeite met herkennen
Degene die geen moeite hebben met het herkennen van de kandidaten geven aan dat het vooral een kwestie van ervaring is. Dat je moet weten waarop je moet doorvragen en hoe je een en ander moet omschrijven in de documentatie. Uit de antwoorden blijkt dat de mensen die geen moeite hebben met herkennen van de doelgroep veelal professionals zijn, die in het verleden met de Wsw-doelgroep hebben gewerkt.
Vervolg
Deze resultaten zijn aanleiding om met een aantal experts vanuit Divosa, SBCM, Programmaraad, UWV en de BvK samen te kijken op welke wijze hier lering uit kan worden getrokken en een vervolg kan worden gegeven.
- De gehouden enquête was summier, maar de resultaten kunnen wel worden opgevat als een duidelijk signaal dat het een onderwerp is dat speelt onder de BvK-leden.
- Uit een eerste inventarisatie van beschikbaar materiaal blijkt dat er al veel informatie, hulpmiddelen en andere vormen van ondersteuning zijn, die overigens versnipperd bij verschillende instellingen ligt. Echter, dit is vaak gericht op de acties die ontstaan, als er al sprake is van een doelgroepindicatie.
We onderzoeken of we deze kennis kunnen bundelen en als geheel kunnen aanbieden via de digitale kennisbibliotheek in het LEER-register, die momenteel wordt vormgegeven. Daarnaast wordt in het tweede kwartaal van 2018 tijdens de Dagen van de Uitvoering een workshop gegeven om meer informatie over dit onderwerp te verstrekken en middels interactie ervaringen uit te wisselen en op te halen waar uitvoerende professionals behoefte aan hebben en in welke vorm.
Vragen?
Heb je vragen en/of ideeën over dit onderwerp? Laat het weten via
info@debvk.nl